beeldgesprek met journalisten

Binnen mijn design research ben ik als grafisch ontwerper continue op zoek naar de verschillende verhalen die we lezen en delen in mediale beelden. Ik onderzoek hoe ik nieuwsbeelden kan inzetten om inhoudelijke dialogen te creëren. Eén van die deze onderzoeksmethoden is het beeldgesprek.

media & beeldvorming

In september 2019 bezocht ik het congres Dit wordt het Nieuws*, georganiseerd door ACED en Clever-Franke. De hoofdredacteuren van De Volkskrant, NRC en hoofd digitaal van het FD waren uitgenodigd om te luisteren naar nieuwe ideeën en innovaties voor de nieuwsvoorziening van de toekomst, gepresenteerd door experts uit de kunst, technologie en journalistiek. Ook de rol van beeld binnen nieuwsmedia werd bevraagd: hoe blijven waarde en waarheid overeind in tijden van nepnieuws en nieuwsmanipualitie?

Beeldgesprek in het ontwerponderwijs

Dat beeld steeds belangrijker is geworden in het communiceren van nieuws, is in één oogopslag te zien in de ontwikkeling van de vormgeving van nieuwsplatformen. Binnen het thema van nepnieuws en nieuwsmanipulatie worden nieuwsbeelden vaak gezien als factor die bijdraagt aan de vertekende beeldvorming die we hebben van de wereld en daarmee aan de polarisatie binnen onze samenleving.

Verschillende schrijvers en makers kijken naar de kracht van beelden in de media. Zo schrijft Rob Wijnberg bijvoorbeeld in het artikel Volkskrant Drostekrant: hoe media de werkelijkheid bepalen die ze in beeld brengen* over hoe de foto van controles op Schiphol op de voorpagina eigenlijk een blootlegging is van beeldvorming in beeldvorming. Op de expositie Truth that Lies*, in 2019 te zien in IMPAKT Centre for Media Culture, toonden kunstenaars en ontwerpers hoe mediabeelden gebruikt worden om te verdoezelen en te manipuleren. Beeldend kunstenaar Thomas Kuijpers presenteert in de multimedia installatie Bad Trip* een verzameld archief van populaire nieuwsafbeeldingen die een collectieve angst voor terrorisme aanwakkeren. Hij filmde en fotografeerde situaties in zijn dagelijks leven die associaties met terrorisme teweegbrachten en bevraagt hoe onze perceptie van de realiteit grotendeels wordt bepaald door de beelden die we tot ons krijgen vanuit de media.

Wanneer mediabeelden zo’n impact hebben op hoe we naar de wereld kijken, geven we ze dan als kijker niet te weinig aandacht? Mede door de snelheid, de hoeveelheid en de online mogelijkheid van scrollen en doorklikken merk ik dat ik ze persoonlijk, binnen de context van nieuwsplatformen, maar slechts een paar seconde bekijk. Zou dat anders kunnen? Wat gebeurt er wanneer ik ze uit hun context haal en wanneer ik stil zou staan bij de betekenis die ik geef en het verhaal dat ik zie? En wat zouden anderen mensen zien?

Samengevat: hoe kan ik, in plaats van voorbij te gaan aan onze onbewuste en razendsnelle associaties, een inhoudelijk dialoog creëren over wat we zien of denken te zien? 

kijken & denken

Een dialoog … een gesprek waarbij je meerdere perspectieven toelaat en openstaat voor andere visies. Je niet alleen luistert naar diegene die jouw mening deelt, maar ook naar mensen met een ander verhaal. Dat klinkt makkelijker dan dat het is. Hoe komt dat?

Als mens hebben we van nature de neiging om te oordelen en onszelf te verdedigen. Dat is volgens de Amerikaanse natuurwetenschapper David Bohm, auteur van het boek Over Dialoog*, nou juist hetgeen wat het zo lastig maakt om een dialoog te kunnen voeren: mensen hebben allerlei veronderstellingen en meningen en gaan die vervolgens verdedigen. Bohm deed onderzoek op het gebied van neuropsychologie naar de werking van onze hersenen tijdens het ‘denken’ en verklaart daarmee ons automatische verdedigingsbehoefte. Met zijn onderzoek laat hij zien dat onze gedachten niet alleen puur mentaal zijn, maar direct gekoppeld aan een neuraal netwerk met hormonen, endorfines, en daarmee aan ons lichaam.
Het ‘denken’ wordt vaak in verband gebracht met woorden, maar ook tijdens het kijken naar beelden worden onze gedachten gestimuleerd. We associëren, doen een beroep op wat we kennen of denken te kennen en gaan op zoek naar verbanden; de stappen die ook in de eerste fase van het beeldgesprek gebeuren.

Het Beeldgesprek. Hoe verandert wat we zien als we een tweede en derde keer naar een beeld kijken?

bewustzijn & vertraging

De theorie van David Bohm verklaart mede de werking van beeldvorming: we vormen razendsnel verhalen bij de beelden die we zien. Verhalen die we willen zien, waarmee onze meningen standaard worden bevestigd. Wanneer we niet de tijd nemen om stil te staan, om voorbij deze eerste associatie te gaan, blijft het daar ook bij. En dat is zonde, want wanneer we langer kijken kunnen de kwaliteiten die beelden hebben om te verrassen en om onze blik te verbreden pas echt tot zijn recht komen.

William John Thomas Mitchell, theoreticus op het gebied van visuele representatie, legt dat in What do pictures want?* uit door in te gaan op de activerende werking van beelden op ons brein. Hóe we kijken naar mediabeelden, bepaalt dus ook deels wat we zien. Om ons daar bewust van te worden, wordt het kijkproces in het tweede gedeelte van het beeldgesprek vertraagd.

dialoog & verbinding

Foto’s zijn reflectief; ze leggen vast wat is geweest en vertellen ons iets over de wereld waarin we leven. De verhalen die we lezen in die foto’s, vertellen ons ook iets over onszelf en daarmee reflecteren we eigenlijk op hoe we naar de wereld kijken. Zo spreken beelden persoonlijke herinneringen, ervaringen en eerder opgedane kennis aan, die als input fungeren om te speculeren over wat er gebeurt in een foto. Die interpretatie is heel persoonlijk en we scheppen daarmee indirect een identiteit van onszelf. Wanneer we met elkaar kijken en onze associaties delen, leren we daarmee zowel meer óver elkaar als ván elkaar.

Door te ervaren én te reflecteren worden deelnemers betrokken in een dialoog over waarde, waarheid, en betekenisgeving. Het prikkelt om te leren omgaan met een wereld waarin nieuws voortdurend in ontwikkeling is en er altijd een debat zal zijn. Wanneer we onszelf en elkaars manier van kijken beter begrijpen, we ons beter kunnen inleven in elkaars standpunten en ervoor openstaan om die van jezelf bij te stellen, kunnen we ook op een andere manier een gesprek voeren. Geen gepolariseerd debat, maar een inhoudelijk dialoog. Beeldgesprekken bieden daarmee een opening om het gesprek over beeldvorming te voeren. Om zo, in tegenstelling tot het debat waarin wordt gesteld dat nieuwsbeelden de hedendaagse polarisatie voeden, met die nieuwsbeelden juist mensen te verbinden.   

Beeld waarop Wijnberg reageert in De Correspondent
Beeld uit de expositie Truth that Lies
Thomas Kuipers’ installatie Bad Trip

Beeldgesprek

Om dialogen te creëren, meer inzicht te krijgen in ons kijkproces en om te onderzoeken hoe betekenisgeving verandert door het voeren van dat dialoog, ben ik beeldgesprekken gaan organiseren. Zo’n gesprek bestaat uit meerdere fases, waarbij steeds wordt gereflecteerd op de betekenis die we geven aan het beeld waar we naar kijken. De fases verschillen in individueel en kort kijken, langer en met elkaar kijken, het delen van wat je denkt te zien en hoe je tot die betekenis komt. Om het proces van betekenisgeving vast te leggen, ontwierp ik een formulier die ik gebruik tijdens het beeldgesprek.

Een 1e keer kijken

Om de eerste, impulsieve associaties die we bij beeld hebben te verzamelen, komt het beeld dat we bespreken eerst enkele seconden in beeld. De deelnemers worden vervolgens gevraagd om ieder voor zichzelf op het formulier te beschrijven wat er gebeurt in de afbeelding.
Daarnaast is er een afsluitende multiple choice-vraag, waarin wordt gevraagd op basis van welke factoren de betekenis aan de foto werd gegeven: op basis van zien, denken, weten of voelen.

Een 2e keer kijken

We gaan terug naar het beeld waar we eerder kort en individueel naar keken. Tijdens dit gedeelte van het beeldgesprek maak ik gebruik van het herhaaldelijk stellen van vragen, zoals dat wordt gedaan in de gespreksmethode van Visual Thinking Strategies (VTS). Hierdoor wordt het gesprek vertraagd, waardoor participanten langer naar het beeld kijken. Daarnaast krijgen deelnemers om de beurt het woord om te vertellen wat ze zien. In dezelfde afsluitende multiple choice-vraag is een extra antwoord mogelijk: ‘op basis van wat ik van anderen hoor’.

Een 3e keer kijken

Bij de 3e keer kijken heb ik een ingreep op het beeld gedaan. Dit kan een beeldbewerking zijn, het toevoegen van tekst of het toevoegen van extra beeld. Ook hier voeren we een gesprek over wat de deelnemers zien en welke invloed de ingreep heeft op de betekenis van de foto.

Terugkijken

Samen met de deelnemers kijk ik terug op hoe het beeldgesprek verliep. Wat gebeurde er in de groep? Wat verraste of wat bleek moeilijker te zijn dan gedacht? In dit gedeelte van het gesprek is beeldvorming een belangrijk onderwerp. Vervolgens hebben we het over wat deelnemers meenemen vanuit deze ervaring naar hun werkzaamheden in het dagelijks leven.

Bronnen

Aced, Clever•Franke, Dit wordt het Nieuws (Pakhuis de Zwijger, 2019)

Rob Wijnberg, Volkskrant Drostekrant: hoe media de werkelijkheid bepalen die ze in beeld brengen, in De Correspondent, 18-08-2016

…, Truth that lies (IMPAKT Centre for Media Culture, 2019)

Thomas Kuijpers, Bad trip (FOAM, 2017-2018)

David Bohm, Over dialoog (Uitgeverij Ten Have, 2018)
Over Dialoog is zowel een filosofisch onderzoek als een analyse van de communicatietheorie. Bohm probeert een creatief en open dialoog te realiseren, waarin we onze aannames en vooroordelen aan de kant kunnen zetten.

William Mitchell, What do pictures want?  (University of Chicago Press, 2005)
Mitchell onderzoekt de kracht van beelden en de invloed van de visuele cultuur op ons individuele en sociale leven. Het academische werk van William John Thomas Mitchell is gericht op de relatie tussen beeld en taal, in de context van kunst, literatuur en de media. Hij noemt zichzelf dan ook ‘image researcher‘.